Verhalen vertellen, ik doe het eigenlijk mijn “hele leven” al. En omdat je verhalen nu eenmaal graag aan iemand vertelt had ik als jong meisje een gehoor van kleine balletjes.

Met zijn tienen lagen ze opgesteld langs de rand van mijn bed, als gehoorzame kinderen.Zelf zat ik in kleermakerszit  vóór mijn denkbeeldig klasje.Per keer koos ik twee van mijn toehoorders uit voor de favoriete rol.  Met deze twee kaatste ik – al vertellend – tegen de muur. Hele vervolgverhalen kregen mijn balletjes zo te horen. Ze luisterden geduldig en vonden mijn verhalen altijd mooi.

Later maakte ik gedichten.  Opstandige, verliefde of  wereldleed gedichten. Niet van een groot literair gehalte maar wel goed genoeg om zo nu en dan de krant mee te halen. Dat gaf mij de moed ze op te sturen naar de Haagse Kunstkring. En jawel, ik kreeg antwoord. Ze vonden mijn versjes “wel aardig”. Ik mocht langskomen, kon misschien wel lid worden van de Kunstkring. Maar ik had buiten de bezorgde aard van mijn vader gerekend. Lid worden van een zo losgeslagen kunstenaarsbende: GEEN  DENKEN AAN.  En ach, mijn leven had inmiddels een wending genomen waarin schrijven toch wat naar de achtergrond verdween. En dus vocht ik niet tegen mijn vaders vooroordeel.

Ondertussen moest het leven flink geleefd worden. Trouwen, kind krijgen, scheiden, trouwen,  kinderen krijgen het gebeurde allemaal in een tijdsbestek van zo’n tien jaar. Het gaf genoeg stof om verhalen over te vertellen maar helaas: de tijd ontbrak. En ik ontdekte een andere passie: radio maken.  Niet zo gek eigenlijk. Ook achter de microfoon kon ik een beetje “vertellen”.  Lekker anoniem en met échte luisteraars in de rol van mijn balletjes.

Door dit alles heen speelde nog een derde liefde: die voor het theater. Die wereld waar fantasie werkelijkheid werd. Waar verhalen werden verteld in de vorm van toneel, opera’s of operettes en waar je even kon vergeten dat er een boze buitenwereld is.  Deze liefde kon opbloeien omdat mijn moeder in een  theater werkte en ik daar als kind aan huis mocht zijn. Ik zat in de zaal en luisterde ademloos naar de “verhalen” die anderen vertelden.

Inmiddels zijn we jaren verder. Ik werk in een theater, schrijf columns voor het personeelsblad en maak radioprogramma’s voor een regionale zender. Alles lijkt op zijn plaats gevallen. Mijn collega’s en de luisteraars naar mijn radioprogramma zijn nu de balletjes. Dat weten zij zelf niet. Ik zou het ze ook niet durven vertellen!
Vera